Kenmerken van deelbaarheid: delen door 2, 4, 5, 10, 25, 100 en 1000.
Klik eerst op "Let op!". Lees aandachtig "Let op!". Kies de correcte antwoorden / het correcte antwoord voor elke vraag en duid aan. Om vraag 1 tot en met vraag 16 goed te beantwoorden, moet je per vraag één of meerdere juiste antwoorden aanduiden. Om vraag 17 tot en met vraag 30 goed te beantwoorden, moet je per vraag 1 juist antwoord aanduiden. Als je alle vragen beantwoord hebt, zie je je resultaat.
Duid de getallen aan die deelbaar zijn door 2.
Duid de getallen aan die deelbaar zijn door 4.
Duid de getallen aan die deelbaar zijn door 5.
Duid de getallen aan die deelbaar zijn door 10.
Duid de getallen aan die deelbaar zijn door 25.
Duid de getallen aan die deelbaar zijn door 100.
Duid de getallen aan die deelbaar zijn door 1000.
Duid de getallen aan die tegelijkertijd deelbaar zijn door 2 en 5 en 10.
Duid de getallen aan die tegelijkertijd deelbaar zijn door 10 en 100 en 1000.
Duid alle cijfers aan die op de stip mogen staan zodat het getal deelbaar wordt door 2. 12.
Duid alle cijfers aan die op de stip mogen staan zodat het getal deelbaar wordt door 4. 22.
Duid alle cijfers aan die op de stip mogen staan zodat het getal deelbaar wordt door 5. 37 50.
Duid alle cijfers aan die op de stip mogen staan zodat het getal deelbaar wordt door 10. 5.
Duid alle cijfers aan die op de stip mogen staan zodat het getal deelbaar wordt door 25. 12 77.
Duid alle cijfers aan die op de stip mogen staan zodat het getal deelbaar wordt door 100. 650.
Duid alle cijfers aan die op de stip mogen staan zodat het getal deelbaar wordt door 1000. 14 00.
Welk getal heeft bij deling door 4 de grootste rest?
103
53
2004
56
Welk getal heeft bij deling door 5 de grootste rest?
124
55
33
1002
Welk getal heeft bij deling door 10 de grootste rest?
21
10 123
19
22 258
Welk getal heeft bij deling door 25 de grootste rest?
156
78
2500
136
Welk getal heeft bij deling door 100 de grootste rest?
24 600
1050
231
981
We delen 84 door 5. Hoeveel bedraagt de rest?
6
8
4
3
We berekenen het quotiënt van 220 en 25. Hoeveel bedraagt de rest?
22
50
20
25
2563 is het deeltal en 100 is de deler. Hoeveel bedraagt de rest?
563
25
63
2563
Welk getal heeft bij deling door 4 de grootste rest?
12
19
81
100
Welk getal heeft bij deling door 5 de grootste rest?
10 023
522
9
1205
Welk getal heeft bij deling door 10 de grootste rest?
120
999
124
328
Welk getal heeft bij deling door 100 de kleinste rest?
299
101
110
1100
Welk getal heeft bij deling door 25 de kleinste rest?